Het agentschap in cijfers
Aanmelden mijn burgerprofiel
Vlaanderen Europese top in strijd tegen intrafamiliaal geweld

"Geweld wordt vaak van generatie op generatie doorgegeven"

Eén op de drie Vlamingen krijgt vroeg of laat in zijn leven te maken met familiaal geweld. Dat is schrikbarend veel. Daarom zet ons agentschap hard in op de aanpak van intrafamiliaal geweld. Onze Veilige Huizen gaan al jaren voorop in de strijd. Tot voor kort gingen zij door het leven als Family Justice Centers (FJC). Sonja Cebulski werkt als operationeel coördinator in het Veilig Huis Limburg. Zij vertelt en toont achter de schermen hoe ze dag in dag uit aan de slag gaan in deze dossiers. Maar eerst vertelt Eveline De Wree, strategisch coördinator gendergerelateerd geweld in de Veilige Huizen van Antwerpen, Rivierenland en de Kempen, over de verandering van FJC naar Veilig Huis.

Terug

Eveline, wat is er nieuw in de Veilige Huizen? 

Eveline: Laat me beginnen door te zeggen wat er zeker niét is veranderd. Het samenwerkingsmodel van de FJC’s heeft aangetoond dat je intrafamiliaal geweld pas echt kan aanpakken door efficiënt samen te werken met andere sectoren en partners, zoals politie, justitie en hulpverlening. Dat is binnen de Veilige Huizen niet anders, waar we die aanpak gaan verspreiden doorheen Vlaanderen. Dat zorgt voor kansen. Wat mij enorm blij maakt, is dat in alle Veilige Huizen voortaan ook een kinderpsycholoog aanwezig zal zijn. Intrafamiliaal geweld wordt vaak doorgegeven van generatie op generatie. Door niet alleen de partners, maar ook de kinderen te betrekken bij het stoppen van het geweld, kunnen we echt werk maken van het doorbreken van die vicieuze cirkel. Ieder Veilig Huis in Vlaanderen zal voortaan ook inzetten op lotgenotengroepen, waar slachtoffers steun kunnen vinden. Dat was in sommige FJC’s al sterk aanwezig, bijvoorbeeld in Mechelen, waar er al een lotgenotengroep voor mannen is bijvoorbeeld, maar nu komen die groepen dus in heel Vlaanderen.” 

Veilig Huis Mechelen zet al geruime tijd in op lotgenotengroepen, maar andere Veilige Huizen dus nog niet?

Eveline: “Niet allemaal, maar ieder Veilig Huis heeft zijn eigen sterke punten. Zo was Antwerpen pionier in het model van de ketenaanpak en werd deze aanpak er sterk verder ontwikkeld, met goede resultaten. In Limburg is er een zeer efficiënte samenwerking met de politie, in de Kempen een zeer betrokken samenwerkingsnetwerk, enzovoort.” 

Vanwaar die verschillen?

Eveline: “Dat heeft te maken met de historische en lokale groei van elk Veilig Huis. Ieder Veilig Huis heeft een basisaanpak met zijn eigen regio-gebonden context en daar moeten we rekening mee houden, vind ik. De problematieken in Veurne zijn anders dan die in Antwerpen. Zo komen we tot een goede mix van enerzijds gelijkvormigheid in heel Vlaanderen en anderzijds regionale eigenheid. Alle Veilige Huizen in Vlaanderen leveren tot op vandaag schitterend werk, maar door onze krachten te bundelen gaan we alleen maar sterker worden.” 

Je kan intrafamiliaal geweld pas echt aanpakken door samen te werken. 

Ondertussen in Limburg. Dag in dag uit gaan de Veilige Huizen in gesprek met slachtoffers en geweldplegers om het geweld in het gezin te doen stoppen. Sonja Cebulski neemt ons mee voor een blik achter de schermen.

Sonja, in een Veilig Huis zitten politie, justitie en hulpverlening onder één dak. Hoe werkt dat precies?

“Een Veilig Huis is in feite één grote netwerkorganisatie. Politie, parket en hulpverlening werken samen om het intrafamiliaal geweld (IFG) zo efficiënt mogelijk aan te pakken. Als het om risicovolle situaties gaat, wordt er informatie gedeeld en overleggen we samen over het beste plan van aanpak voor dat bepaald gezin.”  

In 99% van de gevallen krijgen we de aanmeldingen binnen via politie en parket. Op ons triageoverleg worden alle nieuwe aanmeldingen bekeken. Daar zit iemand vanuit politie, parket, een hulpverlener en een coördinator. Als er beslist wordt om een aanbod te doen, schieten onze casusregisseurs in actie. Zij bekijken of ze de cliënten, als koppel, samen zien of toch apart. Mocht het hele gezin langskomen dan hebben we familiekamers met een speelhoekje ter beschikking. We spenderen best veel tijd aan het bespreken van veiligheid binnen het gezin en aan het uitzuiveren van hulpvragen. Maar ook bekijken we wat dit doet met kinderen, want geweld binnen het gezin heeft op hen een enorme impact. Hun thuis moet zo snel mogelijk weer een veilige plek worden waar ze zonder zorgen kunnen opgroeien. Veel mensen die we begeleiden hebben als kind ook IFG meegemaakt. Willen we voorkomen dat geweld van generatie op generatie wordt doorgegeven, moeten we blijven inzetten op die kindreflex.” 

Je sprak over casusregisseurs. Wat doen zij precies?

“Zij gaan aan de slag met structureel onveilige gezinnen. Dat zijn gezinnen waar er sprake is van meerdere problemen zoals een verslaving, een persoonlijkheidsproblematiek, criminaliteit enzovoort. Een intensieve casusregisseur houdt in zo’n traject overzicht over wie wat doet, wat goed of fout loopt en kan iedereen rond de tafel roepen om bij te sturen. Dankzij de korte lijnen met politie en parket kunnen we kort op de bal spelen. Dreigt het geweld te escaleren, dan signaleren we dit bij hen. De veiligheid binnen het gezin primeert.”  

 

Het samenwerkingsmodel van de Veilige Huizen werkt. Daar zijn we iedere dag opnieuw het levende bewijs van.

Tot zover de theorie. Het team casusondersteuning heeft die ochtend dossierbesprekingen en Sonja zit de vergadering voor. “Hier kan iedereen dossiers die moeilijk lopen ter bespreking voorleggen”, vertelt ze. “Waar zit je vast, waar bots je op? De collega’s denken mee en reiken oplossingen aan.”

Vanaf het eerste dossier dat op tafel komt wordt de daad bij het woord gevoegd. Het gaat om een dossier waarbij zowel de vrouw als de man psychische problemen hebben. In het verleden is er veel geweld geweest in het gezin, met de kinderen als getuigen. De casusregisseur heeft er ook nu een slecht gevoel bij en vraagt zich af welke stappen ze nog kan zetten. Na overleg wordt er unaniem besloten dat het hier om een verontrustende opvoedsituatie (VOS) gaat. Een lange, intensieve opvolging lijkt aangewezen voor dit gezin. Het dossier zal voorgelegd worden bij de expertentafel van het Veilig Huis Limburg. Experten van politie, parket, Vertrouwenscentrum Kindermishandeling, CAW, Agentschap Opgroeien, justitiehuizen, geestelijke gezondheidszorg en het OCMW zitten hier samen. Iedere partner rond de tafel geeft vanuit zijn eigen expertise input aan de casusregisseur.  

Drie uur lang passeren er nog een tiental gelijkaardige dossiers. De vraag die de casusregisseurs bijna allemaal stellen na hun uiteenzetting: wat kan ik nog meer betekenen in dit dossier? Soms hebben we al alles gedaan wat we konden. Als het gezin al goed gebruik maakt van de hulpverlenende diensten. Of wanneer de pleger het gezin definitief heeft verlaten en het risico op herval dus gering blijkt.  

De casusregisseurs vertellen ons dat de wekelijkse dossierbesprekingen een enorme meerwaarde zijn voor hen, dat intrafamiliaal geweld (IFG) in alle lagen van de bevolking voorkomt en dat zwart/wit-denken niemand vooruithelpt. In IFG is het vaak duidelijk wie de geweldpleger is, maar even dikwijls is het grijs. Wie is de geweldpleger en wie is het slachtoffer? Het is soms een wisselwerking, of een cyclus waar ze niet uit raken.

Op het einde van onze blik achter de schermen vertelt Sonja trots dat 11 van de 14 politiezones nu al samenwerken rond IFG en met de overige drie zijn de gesprekken lopende. “Het gaat snel. Bij de oprichting van het FJC Limburg in 2017 werkten we samen met twee politiezones, sinds 2022 zijn er al negen bijgekomen. Het samenwerkingsmodel van de Veilige Huizen werkt. Daar zijn we iedere dag opnieuw het levende bewijs van.”  

Lees meer

Lees hier een getuigenis van een pleger van intrafamiliaal geweld en hoe hij geholpen werd door een FJC en dialooggroepen met andere plegers.

Terug